Wanneer je een woning gaat kopen, krijg je ook te maken met de financiering in de vorm van een hypotheek. Er zijn verschillende hypotheekvormen, zoals bijvoorbeeld de annuïteiten-, lineaire en aflossingsvrije hypotheek. Op het moment dat je al een koopwoning in bezit hebt, kan een overbruggingshypotheek van toepassing zijn. Wat deze hypotheekvorm precies inhoudt, vertellen we je in deze blog.
Wanneer een overbruggingshypotheek?
Op het moment dat jij je oog op een nieuwe woning hebt laten vallen, zal de koop hiervan moeten worden gefinancierd. In principe doe je dit met het bedrag dat jouw huidige woning opbrengt bij de verkoop. Maar wat als je een nieuwe woning hebt gevonden, maar je eigen woning nog niet is verkocht? Of als de overdracht van jouw huidige woning pas plaatsvindt na de overdracht van de nieuwe woning? In beide gevallen heb je nog geen beschikking over het verkoopbedrag van jouw huidige woning, dus hoe financier je de koop van de nieuwe woning dan?
Dit is precies waar de overbruggingshypotheek om de hoek komt kijken! Door het afsluiten van deze hypotheek, schiet de bank als het ware de overwaarde van jouw huidige woning voor. Deze overwaarde kun je inzetten voor de financiering, en dus de koop, van je nieuwe woning.
Wat zijn de spelregels van een overbruggingshypotheek?
Ten eerste moet er sprake zijn van een bepaalde overwaarde. Om de precieze overwaarde van je woning te achterhalen, laat je jouw woning taxeren. Je kan dus niet zomaar een bedrag kiezen waar je een overbruggingshypotheek voor af wilt sluiten. Daarnaast is het zo dat je, in de meeste gevallen, niet meer dan 90% van de getaxeerde overwaarde, minus de huidige hypotheekschuld kunt lenen. We geven je een klein rekenvoorbeeld voor de beeldvorming:
Getaxeerde waarde huidige woning: €350,000
Huidige hypotheekschuld: €275,000
Overwaarde: €75,000
90% van €350,000 = €315,000
€315,000 - €275,000 (huidige hypotheekschuld) = €40,000
Je kunt in het geval van bovenstaand voorbeeld dus een overbruggingshypotheek van maximaal €40,000 krijgen. Dat komt omdat, zoals bij iedere verstrekte lening, de bank een bepaald risico loopt dat jij de lening niet kunt afbetalen. Mede hierdoor mag je het geleende bedrag ook uitsluitend inzetten voor het aflossen van je overbruggingshypotheek en niet voor bijvoorbeeld het verbouwen van een badkamer.
Voor het aflossen van de overbruggingshypotheek heb je in de meeste gevallen twee jaar de tijd. Dat is de maximale looptijd. Mocht het, om wat voor reden dan ook, niet lukken om je huidige woning binnen twee jaar te verkopen, dan kun je vragen of de looptijd verlengd kan worden. Binnen de huidige woningmarkt zal dit echter niet snel aan de orde zijn.
Met welke kosten moet ik rekening houden als ik een overbruggingshypotheek afsluit?
Een overbruggingshypotheek kan een mooie uitkomst zijn, maar besef je wel dat er (extra) kosten bij komen kijken. Je zult voor een bepaalde periode dubbele woonlasten hebben, want ook over een overbruggingshypotheek betaal je rente. Voordeel is wel dat deze rente volledig fiscaal aftrekbaar is.
Daarnaast komt er een notaris aan te pas om de overbruggingshypotheek af te sluiten. De notaris schrijft het overbruggingskrediet in op je huidige én op de nieuwe woning. Dit is namelijk het onderpand. Een notaris werkt natuurlijk niet voor niets, dus ook hier zul je extra kosten voor maken. De kosten kunnen per notaris verschillen, dus het is het waard om op voorhand tarieven te vergelijken.
Vragen? Wij staan voor je klaar!
Wil je meer weten over de overbruggingshypotheek, of heb je andere woon-gerelateerde vragen? Neem gerust contact met ons op, we informeren je graag!